De Belgische cyclocrossster Eli Iserbyt haalde onlangs de krantenkoppen met zijn gedachten over de langverwachte cyclocrossprogramma’s van twee van de grootste namen in de sport, Wout van Aert en Mathieu van der Poel. Terwijl deze twee multidisciplinaire sterren zich voorbereiden op een nieuw cyclocrossseizoen, blijven hun raceschema’s en -benaderingen hete hangijzers binnen de cyclocrossgemeenschap. Iserbyt, een kampioen op zich, brengt waardevol inzicht in hoe hun aanwezigheid – of afwezigheid – de competitie, de groei van de sport en de verwachtingen van fans over de hele wereld kan vormgeven.
Zowel Wout van Aert als Mathieu van der Poel staan erom bekend hun tijd te verdelen tussen wegwielrennen en cyclocross, waarbij ze hun toewijding aan beide disciplines op een manier in evenwicht brengen die de sport heeft gerevolutioneerd. Hun deelname aan veldritwedstrijden verhoogt vaak het profiel van de evenementen, trekt wereldwijde aandacht en vult racelocaties met gepassioneerde fans die graag twee van de meest veelzijdige wielrenners in de geschiedenis met elkaar willen zien strijden.
Iserbyt, die al lang een belangrijke kanshebber is in het veldritcircuit, heeft zich onlangs uitgesproken over de impact van hun beperkte schema’s. Van Aert en Van der Poel kiezen liever voor de belangrijkste races dan dat ze zich committeren aan het volledige veldritseizoen, wat vragen oproept over de aard van de competitie en de ontwikkeling van de sport. Iserbyt’s perspectief werpt licht op de balans tussen hun sterkracht en de noodzaak van consistente deelname op eliteniveau om de veldritkalender te laten bloeien.
Iserbyt heeft openlijk erkend dat Van Aert en Van der Poel de transformerende kracht van het veldrijden inbrengen, maar hij benadrukt ook de uitdagingen die gepaard gaan met hun selectieve wedstrijdschema’s. Hun focus op andere belangrijke wegracedoelen, zoals de Tour de France en de voorjaarsklassiekers, betekent dat hun veldritverplichtingen vaak beperkt zijn. Voor renners als Iserbyt, die hun hele seizoen aan veldrijden wijden, brengt dit zowel kansen als frustraties met zich mee.
Aan de ene kant biedt hun afwezigheid in het volledige veldritseizoen andere renners een grotere kans om overwinningen te behalen in belangrijke wedstrijden. Nu Van Aert en Van der Poel ontbreken op de startlijsten bij bepaalde evenementen, kunnen renners als Iserbyt profiteren van de verminderde concurrentie om overwinningen te behalen en hun eigen profiel te verbeteren. Aan de andere kant betekent hun selectieve deelname ook dat wanneer ze wel verschijnen, de druk en de concurrentie naar een hoger niveau worden getild, waardoor overwinningen moeilijker te behalen zijn.
In een recent interview gaf Iserbyt aan dat hij de uitdaging van het racen tegen Van Aert en Van der Poel waardeert, maar dat hun aanpak soms onvoorspelbaarheid in de racekalender kan creëren. Hun immense talent en vermogen om wedstrijden te domineren, kunnen de dynamiek volledig veranderen, waardoor het voor vaste deelnemers moeilijk wordt om de algehele competitiviteit van het seizoen in te schatten.
Er valt niet te ontkennen dat Van Aert en Van der Poel een aantrekkingskracht hebben op het veldrijden. Hun aanwezigheid bij elke race verhoogt de zichtbaarheid van de sport, wat de media-aandacht en de opkomst van fans stimuleert. Voor evenementen waaraan ze deelnemen, zijn de inzetten automatisch hoger en de prestaties die ze leveren, worden vaak de meest besproken momenten van het seizoen.
Hun selectieve schema’s betekenen echter dat ze zich vaak concentreren op de spraakmakende races zoals de wereldkampioenschappen, Superprestige-series en bepaalde World Cup-evenementen. Dit heeft echter het dubbele effect dat ze hype genereren voor die specifieke races, terwijl er een gat ontstaat in termen van consistente concurrentie in andere evenementen. Iserbyt’s commentaar benadrukt hoe deze dynamiek soms de algehele betrokkenheid gedurende het veldritseizoen kan verminderen, omdat fans en media zich voornamelijk kunnen richten op wanneer Van Aert en Van der Poel racen.
Niettemin stelt hun toewijding om een eliteniveau te behouden in meerdere disciplines, waaronder weg- en veldrit, een nieuwe norm voor wat atleten kunnen bereiken. Voor jongere renners heeft hun succes in zowel weg- als veldrit nieuwe aspiraties gecreëerd om een vergelijkbaar carrièrepad te volgen, waarbij beide disciplines op het hoogste niveau in evenwicht worden gebracht.
Terwijl het veldritseizoen van 2024 zich ontvouwt, zal de racekalender opnieuw de incidentele deelname van Van Aert en Van der Poel bevatten, waardoor renners als Eli Iserbyt de fakkel kunnen dragen in veel van de races waar ze afwezig zijn. De verwachting rond de programma’s van Van Aert en Van der Poel blijft toenemen, met speculaties over welke evenementen ze als hun belangrijkste prioriteiten zullen beschouwen.
Volgens Iserbyt heeft deze dynamiek de manier waarop renners hun training en wedstrijdtactieken benaderen, veranderd. Hij legde uit dat wanneer Van Aert en Van der Poel naar verwachting aan een wedstrijd meedoen, het voorbereidingsniveau toeneemt, wetende dat die wedstrijden tot de meest fel bevochten wedstrijden zullen behoren. Renners als Iserbyt zien deze kansen niet alleen als een uitdaging, maar ook als een kans om hun waarde op het grootste podium te bewijzen.
Voor fans blijft de spanning van het zien van Van Aert en Van der Poel die het tegen elkaar opnemen in belangrijke wedstrijden een van de grootste trekpleisters in het veldrijden. Hun rivaliteit, die begon in hun beginjaren in het veldrijden en zich heeft uitgebreid naar wegwielrennen, blijft een van de meest opwindende verhalen in het wielrennen. Iserbyt zal, samen met andere topspecialisten in het veldrijden, ongetwijfeld een cruciale rol spelen om de competitie fel te houden, maar alle ogen zullen gericht zijn op Van Aert en Van der Poel wanneer ze aan de start verschijnen.
Eli Iserbyts inzichten in de cyclocrossprogramma’s van Wout van Aert en Mathieu van der Poel onthullen zowel de voordelen als de uitdagingen van hun selectieve benadering van de discipline. Hun immense talent en wereldwijde sterrenkracht brengen een niveau van opwinding en prestige naar de sport, waardoor fans en media-aandacht trekken naar de races waaraan ze deelnemen. Hun beperkte deelname verandert echter ook de dynamiek van het cyclocrossseizoen, waardoor een onvoorspelbaar landschap ontstaat voor renners als Iserbyt, die het hele jaar door consistent concurreren.
Nu cyclocross zich blijft ontwikkelen, zal de balans tussen sterrenkracht en consistentie gedurende het hele seizoen een belangrijk punt blijven. Voor nu omarmen renners als Iserbyt de uitdaging om te concurreren met de besten ter wereld, terwijl ze ook genieten van de kans om te schitteren in races waar Van Aert en Van der Poel afwezig zijn. Eén ding is zeker: het seizoen van 2024 belooft spannende races, intense rivaliteiten en meer verhalen die de toekomst van de sport zullen vormgeven.
